Een espressomachine stond al jaren op mijn wensenlijst. De investering die hiervoor nodig is heeft mij er eerder altijd van weerhouden om een concrete stap te zetten. Twee dingen hebben hier verandering in gebracht: het YouTube-kanaal van James Hoffmann, die je met een rustig Brits accent meeneemt in de wonderenwereld van koffie, én de realisatie dat de ervaringen en voldoening die je als thuisbarista krijgt redelijk overeen komen met die van de thuisbakker. Een zoektocht naar een voor mij perfect instapmodel was begonnen.

James Hoffmann geeft bij het kopen van een espressomachine een waarschuwing: begin er niet aan tenzij je een hobby in huis wilt halen. Deze boodschap bleef bij mij hangen. Wat maakt de aanschaf gelijk een hobby?

Do you really want a new hobby? Deze vraag komt vaak terug op zijn kanaal, maar ook in zijn boek The World Atlas of Coffee. In dit fragment geeft hij in ongeveer een minuut de afweging bij deze vraag. (de Oracle Touch is trouwens niet interessant als budget optie, tenzij je gelijk € 2000,- te spenderen hebt)

Hoffmann geeft terecht aan dat de aanschaf van een espressomachine naast een investering in geld ook een tijdsinvestering betekent. Goede koffie krijg je niet met één druk op de knop. Het vereist het wegen van de koffiemaling en de shot zelf, het afstellen van de maler (en eventueel de machine), proeven van je brouwsel en een herhaling van deze stappen tot het goed is. Uiteraard is dit het meest van toepassing als je net nieuwe bonen hebt, maar het blijft een continue proces. Zelfs in het geval dat alles al goed afgesteld zou zijn kost het inclusief opwarmtijd een minuut of 15-20 voordat je eindelijk aan je bak espresso, cappuccino of flat white zit.

Nu al afgehaakt op espresso? Logisch, ik heb ook nog lang getwijfeld. Gelukkig zijn er goedkopere en minder tijdsintensieve manieren om aan een goede bak te komen. Overweeg in dat geval op zijn minst een koffiemolen om zelf je bonen te malen. Na 15 minuten begint gemalen koffie namelijk al smaak te verliezen. De Baratza Encore is een alom geprezen koffiemaler voor filterkoffie en goed betaalbaar. Daarna kan je nog allerlei brouwmethoden overwegen, zoals French Press, Pourover, Mokkapot, etc. Of koop een beter koffiezetapparaat!

Enfin, we dwalen af: espresso!

HEBBEN! Zoals je merkt is Hoffmann mijn koffieguru. Ik kan iedereen met een espressomachine een bodemloze/naked filter aanraden. Dan kan je bovenstaande shots in het echt aanschouwen.

Ik wil espresso!

Mijn keuze was helder: ik wilde een machine waarmee ik espresso kon zetten en melk kon schuimen zonder dat ik hier een ‘pressurised filter‘ voor moet gebruiken. Hiermee kom je al in een duurder segment, maar de keuze is dan nog steeds legio. Er zijn verschillende technieken die in een machine kunnen schuilen en ik moest hierin een keuze maken. Zonder al te veel op alle technieken in te gaan betekent dit voor een instapmodel dat er twee keuzes zijn: een machine met een (enkele) boiler of met een thermoblock. Mijn keuze viel op een boilersysteem doordat de temperatuur hierin meer stabiel is en het schuimen van melk doorgaans sneller en stabieler gaat. Nadeel is dat een boilersysteem een langere opwarmtijd heeft.

Nu ik wist voor wat voor een techniek ik wilde gaan moest hier nog een machine bij gekozen worden. Bij het aankopen van apparatuur struin ik altijd het internet af voor reviews, lees ik relevante discussies op Reddit, en kijk ik mijn ogen ook nog meer vierkant op YouTube. De apparatuur waar James Hoffmann doorgaans mee werkt ben ik op dit stadium nog een paar duizend euro te billig voor, dus ik moest nieuwe kanalen aanwenden. Hiermee kwam ik op de kanalen van Seattle Coffee Gear, maar ook Whole Latte Love. Beide kanalen zijn overigens aanraders als je lekker wil nerden op de techniek van apparatuur of het interessant vindt wat er allemaal op de markt is. Na veel wikken en wegen kwam ik uiteindelijk op twee machines uit: de Gaggia Classic Pro en de Rancilio Silva. Beide goede instapmodelen die mee kunnen groeien met de gebruiker en waar zelfs mods voor te koop zijn. De laatste is zeker zo’n 50% duurder. Is dit het waard?

Deze video gaf voor mij de doorslag om voor de Gaggia Classic Pro te gaan.

Whole Latte Love wist mij te overtuigen van de keuze voor de eerste optie. De Gaggia Classic Pro voldoet aan al mijn wensen en was voor een espressomachine nog prima betaalbaar. Hoewel de Rancilio Silva in veel aspecten de betere machine is van de twee, vond ik het persoonlijk het prijsverschil niet waard. Dit ondanks de betere bouwkwaliteit, een grotere boiler en meer stoomkracht. In de kwaliteit van shots zou er volgens meerdere gebruikerservaringen weinig verschil zitten. Het prijsverschil kan je ook steken in de koffiemolen; een niet te onderschatten onderdeel van het koffiezetten en ook hetgeen waarop vaak het meest bezuinigd wordt. Dit terwijl het gros van de kwaliteit van de shot – afgezien van de kwaliteit van de bonen – met de maler bepaald wordt.

In de volgende video heeft Gail van Seattle Coffee Gear moeite met het proeven van het subtiele verschil van kwaliteit tussen een apparaat van $300,- en van $3000,- waarbij in beide gevallen dezelfde maler is gebruikt. Net als ik vraag je nu waarschijnlijk bij jezelf af wat dan de meerwaarde is van een machine die $2700,- duurder is. Dit heeft vooral te maken met veel meer stabiliteit en controle in de afstelling. Of dat het waard is moet je uiteraard zelf bepalen!

Ik spaar nog wel even door.

Ik wil een koffiemolen!

Na de keuze voor de Gaggia Classic Pro moest ik nog een koffiemolen hebben. In de eerdere video van Whole Latte Love werd de Baratza Sette 270 de hemel in geprezen en alles wat ik las leek initieel ook fantastisch. Van lovende reviews over de kwaliteit van de maling, enthousiaste gebruikerservaringen tot het winnen van diverse prijzen. De molen leek perfect. Mijn roze bril werd echter vakkundig van mijn hoofd geslagen bij een bezoek aan Van Pommeren in Utrecht. Zij waren gestopt met het verkopen van de machine door alle problemen die zich op middellange termijn voordeden met de machine. Als een vampier geraakt door het eerste zonlicht van het ochtendgloren werd ik weer in een status van schrik en verbazing teruggestuurd naar de tekentafel. Gelukkig wel met een tip: de Eureka Mignon Specialita.

Gail van Seattle Coffee Gear is tegenwoordig helaas met pensioen. Wel een gemis, zo’n koffie influencer.

Waar was het fout gegaan in mijn uitmuntende voorbereiding? Had ik de keuze toch te overhaast gemaakt? Wellicht wel. Ik kwam er achter dat ik, al kruipende in het espressokonijnenhol, twee fouten in mijn onderzoek niet in de gaten had: ik had bij de molen niet gekeken naar gebruik op lange termijn en mijn bronnen waren vooral Noord-Amerikaans. Hoewel de Eureka Mignon Specialita en de Baratza Sette 270 in Nederland niet van prijs verschillen met elkaar, is de Eureka door import vanuit Italië in Noord-Amerika bijna twee keer zo duur. Wel wordt het nog steeds als waardige upgrade gezien van de Baratza en doen mensen moeite om de Eureka zelf te importeren. Niet zo gek dus dat in ‘entry level’ gidsen altijd de Baratza voorbij kwam en nooit de Eureka. In nagenoeg al mijn hernieuwde onderzoek kwam de Eureka qua bouwkwaliteit als betere uit de bus dan de Baratza. Door de timer voldeed het ook nog eens aan een van mijn wensen.

Ondanks mijn uiteindelijke keuze voor de Eureka Mignon Specialita betekent het nog niet dat je dit voorbeeld hoeft te volgen. Waar moet je op letten bij een molen?

  • Welke maling je uit de molen wilt halen (filter of espresso?).
  • Het formaat van de maler (groter is beter).
  • Getrapte of traploze aanpassing van het maalformaat.
  • Er zijn discussies over het type maalschijf (conisch of plat).
  • Rest is ‘nice to have’ zoals een ingebouwde timer of ingebouwde weegschaal om consistent dezelfde hoeveelheid te malen.

Als eerste is het belangrijk om te bepalen waar je de molen voor wilt gebruiken. Een espressomolen moet fijner kunnen malen dan een filterkoffiemolen. De eerder genoemde Baratza Encore is dan ook geen aanrader voor het zetten van espresso’s. Daarnaast heb je, zonder al te technisch te worden, conische en platte maalschijven. Hierbij is de regel: hoe meer maaloppervlakte, hoe beter het is. Er is veel discussie of één van de twee technieken beter is, maar doorgaans zijn de duurdere machines allemaal voorzien van platte maalschijven. Desondanks is één van de beste thuismolens, de Niche Zero, voorzien van conische maalschijven. Hierover zou ik mij dus niet te druk maken. Als laatste is het fijn om te weten of de molen getrapt of traploos is bij het aanpassen van het maalformaat. Een getrapte molen heeft een beperkt aantal instellingen qua maalformaat – al kunnen dit er tientallen zijn. Een traploze maler heeft geen vaste instelling en kan je tot in detail instellen.

De vraag is natuurlijk of het bevalt. En ja, dat doet het zeker! Al helemaal met COVID is het fantastisch om tijdens het thuiswerken een goede bak koffie te kunnen zetten. Ik heb geen moment spijt gehad van mijn keuze voor de Gaggia Classic Pro en de Eureka Mignon Specialita. (Wat moet ik nog doen voor sponsorgeld?) Het is ook al leuk genoeg om al stiekem in de duurdere segmenten rond te snuffelen over wat ik wellicht, misschien, ooit, in de toekomst wil kopen om nog meer controle te hebben. Daarnaast valt de gelijkenis met het bakken van brood mij op. Kleine wijzigingen in techniek, maling of een ander ingrediënt kunnen een grote impact hebben. Ben ik al de ultieme thuisbarista? Nog niet! Leuk en lekker is het echter wel. Wordt ongetwijfeld vervolgd!

NB. Nadat ik al met dit artikel was begonnen kwam James Hoffmann halverwege september met een vergelijking van apparaten onder de 500 pond. Ben ik even blij dat hij mijn keuze niet heeft afgebrand.

Ik gaf al de link naar de YouTube van Hoffmann. Waarom schrijf ik dit artikel ook alweer?